We gaan er nog te vaak vanuit dat we wel weten wat ‘goed samenwerken’ is. Wanneer je het nieuws volgt, zie en merk je dat dit toch echt niet zo vanzelfsprekend is als we denken. Samenwerken en dan bedoel ik écht samenwerken wordt steeds belangrijker. Dan is het toch vreemd dat we in een klas vaak denken dat kinderen wel weten wat je bedoelt als je zegt:

‘Jullie moeten samenwerken.’
En vervolgens merkt je dat het samenwerken of samen spelen helemaal niet fijn verloopt.

 

‘Maar samenwerken is geen vanzelfsprekendheid; het is een vaardigheid die we moeten leren. In de begeleiding van teams en groepen ben ik er bewust mee bezig: Wat is ‘fijn samenwerken en samen spelen’ en hoe leer je kinderen dat?
In dit blog deel ik praktische tips, gecombineerd met inzichten uit de leerlijn ‘Samenwerken en samen spelen”.

Waarom samenwerken zo belangrijk is

Volgens de sociale leertheorie van Bandura leren kinderen veel van wat ze doen door te observeren, na te bootsen en feedback te ontvangen. Als we kinderen laten samenwerken, geven we ze dus de mogelijkheid om dat te leren. Want binnen samenwerken leren kinderen:

  • Hoe ze elkaar kunnen helpen.
  • Hoe ze conflicten kunnen oplossen.
  • Hoe ze een gezamenlijk doel kunnen bereiken.

Daarnaast is samenwerken belangrijk voor de ontwikkeling van executieve functies zoals planning, flexibiliteit en zelfregulatie. De leerlijn ‘samenwerken en samen spelen’ sluit hier mooi bij aan, omdat het gestructureerd is opgebouwd van eenvoudige naar complexere samenwerkingsvaardigheden.

 

Hoe leer je kinderen samenwerken?

Samenwerken leren kinderen niet vanzelf. Je moet het ze ‘expliciet onderwijzen’. Het is eigenlijk net zo goed een vak als rekenen of spelling. Het vraagt om gerichte aandacht en begeleiding van jou als leerkracht. Dus met ‘Jongens en meiden, bij deze opdracht ga je samenwerken red je het niet. Je zult concreet moeten maken hoe het samenwerken eruit ziet én wat het vraagt van het gedrag van de kinderen; welke sociale vaardigheden moeten ze inzetten?

Een aantal praktische stappen:

1. Creëer een veilige basis

Kinderen durven pas samen te werken als ze zich veilig voelen in de groep. Veiligheid ontstaat wanneer je het gevoel hebt bij de groep te horen, met je kwaliteiten én de dingen die je lastig vindt. Door tijd te steken in het elkaar écht leren kennen m.b.v. groepsvormingsactiviteiten (ja, zeker ook ná de Gouden weken!) leren kinderen elkaar kennen en vergroot je het gevoel van veiligheid. Zoek je nog activiteiten voor verdiepende kennismaking, download dan mijn e-book.

Een veilige basis ontstaat ook door het gezamenlijke doel dat je met de groep bepaald hebt: de groepsmissie. Wanneer je vanuit die missie afspraken hebt gemaakt over wat ‘fijn samenwerken’ is, kun je dit ook concreter maken. Hoe ziet fijn samenwerken eruit? Wat zie je kinderen doen en wat hoor je ze tegen elkaar zeggen? Hoe zorg je ervoor dat samenenwerken geen ‘bemoeien met’ wordt? (zie mijn eerdere blog) Maak dit samen met de kinderen duidelijk in een T-kaart.

 

2. Start met kleine, concrete opdrachten

Begin met eenvoudige samenwerkingsopdrachten waarbij kinderen succeservaringen kunnen opdoen. Denk aan tweetallen die samen een puzzel oplossen of kleine groepjes die een tekening maken. Zorg dat de opdracht helder is en dat er geen wedstrijdelement in zit, zodat de focus op samenwerking blijft.

 

3. Maak gebruik van rollen

Een groepje werkt pas echt goed samen als ieder lid weet wat zijn of haar rol of taak is. Bespreek met kinderen welke rollen er zijn en wat de taak van die rol is. Mogelijke rollen zijn:

  • Gespreksleider
  • Tijdsbewaker
  • Complimentengever
  • Tafelbaas
  • Stiltekapitein
  • Schrijver
  • Materiaalmeester

Kijk hierbij ook naar de verschillende kwaliteiten die kinderen hebben.
Het gebruik maken van rollen zorgt voor structuur en voorkomt dat één kind al het werk doet (of naar zich toetrekt), terwijl een ander rustig achteroverleunt.

 

4. Stimuleer sociale vaardigheden

Samenwerken gaat niet vanzelf. Vaardigheden zoals luisteren, feedback geven en conflicten oplossen moeten geoefend worden. Maar ook complimenten geven hoort daarbij. Plan bijvoorbeeld een les waarin kinderen leren hoe ze op een positieve manier hun mening kunnen geven of hoe ze naar elkaar kunnen luisteren zonder te onderbreken. Hoe luister je naar elkaar? Wat zie je als je naar iemand luistert? Wat hoor je?

 

w

5. Reflecteer na afloop

Na elke samenwerkingsopdracht is het belangrijk om samen te reflecteren. Wat ging goed? Wat was moeilijk? Wat kan de volgende keer beter? Wat is daarvoor nodig? Hoe gaan we dat aanpakken?

Gebruik een eenvoudig schema met smileys of kleuren, zodat kinderen de samenwerking kunnen beoordelen. Reflectie is essentieel bij het leren samenwerken en samen spelen. Besteed hier dus genoeg aandacht aan en ga vooral in op concreet en zichtbaar gedrag.

 

De leerlijn als hulpmiddel

De leerlijn ‘samenwerken en samen spelen’ helpt je om deze vaardigheden gestructureerd aan te leren. Voor jonge kinderen ligt de nadruk vooral op spelen en eenvoudige samenwerkingsvormen. Bij oudere kinderen gaat het om complexe taken samen uit te voeren en conflicten constructief en effectief op te lossen. Door deze doelen als leidraad te gebruiken, kun je de ontwikkeling van de kinderen in jouw groep goed volgen en bijsturen waar nodig.
De leerlijn vind je o.a. op de site van SLO en kun je downloaden.

 

Een praktijkvoorbeeld

Laatst observeerde ik een les waarin groepjes een brug moesten bouwen van papier en plakband. De opdracht was simpel, maar de samenwerking bleek een uitdaging: wie neemt de leiding? Hoe zorg je dat iedereen meedoet? Na afloop besprak de leerkracht wat goed ging en wat niet. Een meisje zei:
“Ik vond het moeilijk om mijn idee te zeggen, want de anderen praatten steeds door me heen.” Een ander reageerde: “Er was niemand van ons die een idee had, dus we deden allemaal maar wat.”
Een jongen gaf aan: ‘We wisten dat Sem dit heel goed kon, dus die heeft alles gedaan. Maar eigenlijk vonden we dat helemaal niet zo leuk.’
De leerkracht vroeg bij elk voorbeeld door: ‘Hoe zou je het een volgende keer anders kunnen doen? En wat is daar dan voor nodig?’
Deze nabespreking en reflectie gaf de kinderen én de leerkracht concrete handvatten voor de volgende keer.

 

Theorie in actie

Machielsen en Van der Sar (2016) benadrukken in Gedrag is een vak dat gedrag geen toeval is, maar bewust aangeleerd kan worden door routines, verwachtingen en oefening. ‘Samenwerken is geen uitzondering: het vereist expliciete instructie, oefening en feedback. Als leerkracht ben jij de regisseur van dit proces’.

 

Hoe leer jij kinderen samenwerken?

Samenwerken is een vaardigheid die niet alleen in de klas, maar ook daarbuiten onmisbaar is. Door bewust te investeren in de leerlijn ‘samenwerken en samen spelen’, geef je kinderen niet alleen een vaardigheid, maar ook een basis voor hun verdere ontwikkeling.
Hoe pak jij het aan in jouw klas?
Deel jouw ervaringen en tips, want leren doen we tenslotte ook samen.

Je bent er bijna!

Waar mag ik het e-book naartoe sturen?

Privacyverklaring

Check de mail om het e-book te downloaden!

Je bent er bijna!

Waar mag ik het e-book naartoe sturen?

Privacyverklaring

Check je e-mail om het e-book te downloaden! Je ontvangt het binnen enkele minuten.

Je bent er bijna!

Waar mag ik het e-book naartoe sturen?

Privacyverklaring

Check je e-mail om het e-book te downloaden! Je ontvangt het binnen enkele minuten.

Op zoek naar snelle groepsvormers?

Download dan het gratis e-book met 15 snelle groepsvormers voor buiten én binnen.

Privacyverklaring

Check je e-mail om het e-book te downloaden! Je ontvangt het binnen enkele minuten.

Wil je 15 Snelle Groepsvormers?

Wil je 15 Snelle Groepsvormers?

In dit praktische e-book heb ik 15 snelle Groepsvormers voor je verzameld die je binnen én buiten kunt doen. Voor jouw groep én voor jouw team.

Nieuwsgierig?

Vul het formulier in en ontvang het e-book in jouw mailbox.

Check de mail om het e-book te downloaden!