Elk jaar weer komt er zo’n moment, zo’n paar weken na de herfstvakantie, dat je de klas binnenloopt en denkt:
“O ja… we zitten er wéér in. Hoe kan dat nou? Het begon net zo lekker te lopen!”
Er is soms gedoe, maar ook die bijzondere mix van energie, onrust, giechelige geheimzinnigheid en soms een vleugje tranen. De Sint is in het land — en dat voel je. Niet alleen bij de kleuters en de onderbouw, maar ook in groep 6, 7 en 8.

 

Veel leerkrachten zuchten dan even en zeggen: “Help, we zijn weer terug in de stormingsfase…”
Maar eerlijk? Zo kijk ik er niet naar.

Het is geen storming. Het is spanning.

In de groepen die ik begeleid zie ik rond Sinterklaas bijna nooit échte storming. Niet de strijd om posities, niet de botsende subgroepjes, niet de wrijving die hoort bij groepsvorming.

Wat ik zie, is opbouwende spanning. Spanning die zich bij elk kind anders uit:

  • het ene kind wordt drukker,

  • het andere stiller,

  • sommigen zijn hyperalert op geluiden in de gang (“Ik hoorde wat!!”),

  • anderen doen juist stoer alsof het ze helemaal niets doet,

  • of hebben juist meer conflicten dan eerst, zijn prikkelbaarder,

  • en een paar kinderen lijken ineens alles kwijt te zijn wat ze normaal gesproken aan afspraken nog best goed konden onthouden.

En als spanning groter wordt, gaan kinderen terug naar hun basisreactie. Logisch. December is een periode van prikkels, verwachtingen en wisselende dagen. Voor sommige kinderen heerlijk, voor anderen zwaar.

De groep beweegt mee.

In een periode als deze zie je dat de normale groepsenergie verschuift. Het ligt niet aan jou. Het ligt niet aan de groep. Het is de tijd van het jaar.

Kinderen zitten vol verhalen, emoties, verwachtingen. Denk aan:

  • Wie krijgt wie met surprises?
  • Wat zou er in de zak zitten?
  • Komt Sint écht langs?
  • Wat als je eigenlijk niet zo’n fan bent van verrassingen?
  • Of van harde geluiden?
  • Of van dingen waar je geen controle over hebt? 

Richting kerst zie je hetzelfde gebeuren. De sfeer verandert, het licht verandert, de dagen worden korter, ouders zijn drukker, en ondertussen gaat het programma in de klas gewoon door. Dat vraagt veel van kinderen — en van jou.

Maar laat me één ding zeggen: dit is geen storming, dit is spanning. En spanning kun je begeleiden. Sterker nog, spanning biedt juist kansen om te oefenen in samen voelen, samen praten, samen reguleren.

Hoe begeleid je je groep door deze decemberweken heen?

 Vijf praktische tips die direct helpen:

Neem kinderen mee in wat er gaat gebeuren (en wanneer).

Kinderen floreren bij voorspelbaarheid.

Maak visueel wat de plannen zijn: wanneer surprises gemaakt worden, wanneer de Sint komt, welke activiteiten er zijn, en hoe een dag ongeveer loopt. Hoe duidelijker jij bent, hoe rustiger hun zenuwstelsel.

Laat ze eventueel meedenken:

“Wat helpt jullie om deze weken fijn te laten verlopen?”

Je zult versteld staan van hun antwoorden.

Blijf stevig in structuur.

Juist nu.
De neiging is soms om alles ‘gezellig’ te maken en meer los te laten, maar voor kinderen geeft structuur veiligheid. De vaste routines zijn de kapstok waar alles aan blijft hangen.

Gewoon:

  • stiltesignaal
  • start van de dag
  • werkmoment–pauze–werkmoment
  • opruimen

Hoe meer de basis blijft staan, hoe meer ruimte er is voor plezier.

Benoem de spanning — zonder er een probleem van te maken.

Zeg bijvoorbeeld:

“Ik merk dat er veel te voelen is in de groep. Spannend, leuk, misschien ook een beetje druk in je lijf. Dat hoort erbij. Laten we samen even kijken wat jullie nodig hebben.”

Zo normaliseer je wat ze voelen en voorkom je dat kinderen het gedrag van zichzelf of anderen gaan labelen als “stout”, “druk”, “overdreven” of “niet normaal”. “En door het bespreekbaar te maken laat je de waterlijn zakken en kan de spanning die onder water zit, naar boven worden gehaald.”

Plan prikkelarme rustmomenten in.

Veel leerkrachten zetten bij onrust standaard een filmpje of muziek op… maar dat is vaak juist extra prikkelrijk.

Kies liever voor:

  • een kleurplaat,
  • een mandala,
  • een kort tekenmoment met zachte muziek,
  • een ademhalingsspel,
  • of gewoon een kwartiertje stil werken aan iets wat ze al kennen.

Je zult zien: de groep zakt meteen. En er ontstaat rust.

Vertraag het tempo, niet je verwachtingen.

Je hoeft niet minder te vragen van kinderen — maar wel rustiger te bewegen.

  • Vertraag je stem.
  • Maak korte, heldere instructies.
  • Zet één extra check-in moment in per dag.
  • En geef ruimte voor vragen en gevoelens.

Dit is geen periode om alles sneller te willen doen. Dit is de tijd om zachter te lopen. En dat is voor de kinderen heerlijk, maar… ook voor jou! 😉

En…

De decemberperiode is intens, warm, sfeervol, maar soms ook vol gedoe en soms vol tranen. Maar als je goed kijkt, zie je vooral dat kinderen in deze weken laten zien wie ze in de kern zijn.

Het is geen terugval in de stormingsfase. Het is spanning. En spanning kun je samen aan, door het bespreekbaar te maken, maar ook met aandacht, rust en duidelijkheid.

Wat herken jij vooral in deze weken? En hoe ga jij er mee om in jouw klas? Laat me weten door hier een berichtje achter te laten.

Wil je hier meer over lezen?
In mijn boek Van onrust naar rust – Hoe je van jouw klas een groep maakt geef ik je volop inspiratie, voorbeelden en praktische werkvormen om van jouw klas een hechte groep te maken. Nieuwsgierig? Klik dan even op de onderstaande button: