Ken je het verhaal van Emmy de Lemming? Nee? Dan neem ik je even mee. Het verhaal van Emmy de Lemming lijkt namelijk op mijn verhaal:
Emmy groeide op met een stelletje andere lemmingen tussen rubberbomen en wilde grassen, op een paar kilometer van de rand van een steile rots. Het waren dagen gevuld met gelach en plezier. Maar toen Emmy ouder werd, begon ze, net als alle anderen een vreemd gevoel te krijgen dat haar naar de rand van de steile rots trok.
….. Emmy gaat ten rade bij haar vrienden en wijze ouderen van de troep….
‘Ik ben gekomen om uit te vinden waarom lemmingen van steile rotsen springen.’
‘Wel dat is een machtig grote vraag voor zo’n kleine lemming’, zei er een, terwijl hij haar over het randje van zijn bril aankeek. ‘Heb je er problemen mee om van de rots te springen?’
‘Ik weet het. niet. Tenminste, ik denk van niet. Maar misschien voel ik me beter als ik gewoon wist waarom we het doen-of waarom we überhaupt iets doen.’
Die avond liep Emmy naar het uiterste randje van de steile rots en ging zitten. Haar benen bungelend boven de diepe mysterieuze afgrond. Wat mankeert me toch dat ik niet tevreden kan zijn met de sprong van de rots, zoals alle anderen?, vroeg ze zich af. Ben ik raar om zoveel vragen te stellen en om iets anders te willen?
Wat wil ik eigenlijk?
Wie ben ik en waarom ben ik hier?
Emmy zat daar lange lange tijd, alleen, huilend en starend naar de verre overkant van het ravijn.
…Emmy ontmoet Lenny. Lenny hoort bij de N.O.L.E.A.P.S; lemmingen die niet willen springen. Emmy gaat mee naar de bijeenkomst van de N.O.L.E.A.P.S en vraagt zich af wat het doel daarvan is…
‘Ons doel? Nou we willen niet van de steile rots springen, zei Fleming.
‘Oh,’ zei Emmy beleefd. ‘Ik begrijpt dat, dat is wat jullie niet willen. Maar…. wat willen jullie dan wél?’
‘Wat we wel willen’, zei Fleming, die in de war was, ‘is….. het vermijden van de sprong.’
Het leek erop dat de meeste lemmingen van de rots springen zonder na te denken waarom ze dat doen, waarom ze bestaan of wat ze met hun levens willen creëren, dacht ze bij zichzelf.
Op dat moment besloot Emmy dat ze niet langer naar anderen zou kijken om te zien wie ze moest zijn of wat ze moest doen met haar leven. Ze zou deze dingen gewoon voor zichzelf uit moeten maken.
…Emmy gaat nogmaals in gesprek met Lenny…
En opeens had ze een nieuwe vraag te vragen:
‘Lenny, wat denk jij dat er aan de andere kant van de afgrond is?’
Lenny haalde zijn schouders op
En opeens wist Emmy wat haar te doen stond!
…Emmy gaat aan de slag en naait bladeren van de rubberboom aan elkaar tot een groot elastiek…
Het was morgen. Het Springfeest was begonnen. Het was tijd voor Emmy om in actie te komen. Lenny hielp haar in een elastisch koord te schuiven, genaaid van rubberbladeren en en vastgemaakt aan een katapult om haar middel. Alles wat Emmy hoefde te doen was het koord doorknagen dat haar naar achteren hield en ze zou weggeschoten worden hoog over de afgrond naar de boom en wat er nog meer zou zijn in die grotere wereld die haar aan de andere kant wachtte. Lenny omhelsde haar.
‘Veel succes’, zei hij verdrietig, zich realiserend hoeveel hij haar zou missen.
Emmy begon te knagen aan het koord dat haar zou bevrijden.
…Emmy begint toch weer te twijfelen, de tranen biggelen over haar wangen…
‘Je moet kiezen’, fluisterde Lenny tegen Emmy.
Emmy haalde diep adem en begon te denken aan de dingen die ze écht wilde.
Ze keek naar de boom, ze keek naar Lenny.
En toen beet ze het touw door…
Emmy zweefde door de lucht. Niet naar beneden kijken sprak ze streng tegen zichzelf. Blijf gericht op de boom! Ze trok haar blik weg van het drama beneden en keek eens te meer standvastig naar de boom aan de overkant. Met een zachte ‘woosh!’ landde Emmy uiteindelijk in de lommerrijke bladeren van de boom. Ze lag daar alleen maar met haar ogen gesloten. Ze voelde geen enkele noodzaak om zelfs maar rond te kijken….
…omdat op de een of andere vreemde manier, de wereld nu al veel groter leek en vol van meer mogelijkheden dan ze ooit voor mogelijk had gehouden.
Bron: Het dilemma van de Lemmingen (Hutchens, 1999)
En zo maak ik ook de sprong. Net als Emmy.
Gisteren was mijn laatste dag als intern begeleider. Na de zomervakantie ga ik aan de slag met het verder uitbreiden van mijn eigen bedrijf. De afgelopen weken waren topdrukte; aan de ene kant alles afronden en overdragen aan mijn opvolgster en aan de andere kant stroomden de opdrachten binnen voor na de vakantie. Ik heb mezelf op een aantal momenten echt wel ‘Emmy’ gevoeld: vol twijfel. Moet ik dit nu wel doen? Wat als het me niet gaat lukken? Hoe is het om geen onderdeel te zijn van een team? Ga ik het contact met ouders en kinderen missen? Vragen, vragen, vragen….waar ik eigenlijk maar één antwoord op kon vinden:
Ik ga het gewoon doen!
En als ik mijn plannen eventueel bij moet stellen, dan kan ik in ieder geval tegen mezelf zeggen: Ik heb de sprong gewaagd! Het ondernemersbloed wat ik van pap en mam heb meegekregen, zal vast gaan helpen. Ik voel het aan alle kanten stromen. Barst van de ideeën en heb er gewoon enorm veel zin in om met passie mijn missie te volgen, mijn droom waar te maken: Alle kinderen én leerkrachten met plezier naar school!
Komen wij elkaar nog ergens tegen? Of ben je nieuwsgierig wat ik daarin voor jou of jouw school kan betekenen? Neem dan contact met me op.
Nu ga ik eerst even in de vakantie-stand. Volgende week alles voorbereiden en even overzicht creëren in de opdrachten die ik al heb. Daarna drie weken ‘niks’: lekker lezen, hoop weer wat te kunnen gaan wandelen (stomme zweepslag), genieten van ‘niks hoeven’ en dromen over hoe het na de vakantie zal zijn.
Geniet van je vakantie! Rust uit en doe energie op. Dan kunnen we er samen weer tegenaan.
Ha Nicole,
Wat een gaaf verhaal én een even zo gave beslissing. Ik wens je een heerlijke vakantie-stand en daarna een hele mooie toekomst met jouw sprong in de diepte. Ik ben nog niet toe aan die sprong, maar door dit soort verhalen weet ik zeker dat ik ook ooit op die rand ga staan om te springen. Dank je wel voor de inspiratie!
Groet,
Nathanja
Dank je Nathanja,
En mocht je een keer willen sparren, dan weet je me te vinden.?